Francis Poulenc: Quatre Petites Prières de Saint Francois d'Assise

FRANCIS POULENC 1899-1963

thumb PoulencFrancis Poulenc is op 7 januari 1899 in Parijs geboren in een diepgelovig katholiek gezin. Op zijn vijfde jaar speelt hij reeds Grieg en Rubinstein op de piano. Hij kreeg les van zijn moeder. Als hij 22 is gaat hij bij Koechlin studeren aan het Parijse conservatorium. Als Francis 18 jaar is sterft zijn vader. Zijn katholieke opvoeding verdwijnt dan naar de achtergrond. In 1935 komt een van zijn dierbaarste vrienden om bij een auto ongeluk. Diep getroffen door dit verlies 'herontdekt' Poulenc zijn religieuze gevoel. Dan componeert hij zijn 'Litanie a la Vierge Noire' na een bezoek aan Rocamadour, het heiligdom van de Zwarte Maagd. Een persoonlijke devotie geldt vooral Franciscus van Assisi en Antonius van Padua. Die devotie vertaalt hij in twee prachtige mannenkoorwerken: 'Quatre Petites Prières de Saint Francois d'Assise' (1948), dat wij op ons programma hebben, en 'Laudes de Saint Antoine de Padoue'.

Zijn eerste koorwerk schrijft Poulenc in 1922: 'Chanson a boire' een drinklied voor vier tot zes stemmig mannenkoor. Tijdens de tweede wereldoorlog ontstaat één van zijn belangrijkste koorwerken: 'Figure Humaine' op tekst van Paul Eluard. Deze verzetspoëzie verscheen in 1943. Poulenc schreef ook een boek. In 1961 verschijnt zijn biografie over de componist Emanuel Chabrier. U weet wel, die van de Spaanse Serenade.

De melodie is de ziel van Poulenc's muziek. Zijn kunst is voornamelijk vocaal gedacht, niet alleen in koorwerken maar ook in zijn sonates. Andere belangrijke koorwerken zijn o.m. een a capella mis uit 1937, 'Stabat Mater' (1950) en 'Gloria' (1960) (’het beste wat ik ooit geschreven heb’).
Poulenc is dus een man van het lied. Hij schreef 146 liederen op vrijwel zonder uitzondering uitstekende teksten.

Wat steeds terugkomt in artikelen over Poulenc, zijn de twee polen die in zijn muziek terug te vinden zijn: het frivole, lichtvoetige , cabareteske en het diepzinnige, religieuze, ingetogene. ‘Hij die half monnik, half Parijse kwajongen was’ (Mens en Melodie in 1963 bij zijn overlijden) en: ‘Sensuele kwajongen versus verlichte monnik’ heet het in het februarinummer 1999 van Muziekjournaal. 

Poulenc liet zich de geneugten van het goede leven welgevallen. Er zijn veel anekdotes over hem waarvan er een ons zal aanspreken: Felix de Nobel (dirigent) herinnerde zich hoe de componist tijdens een concert van het Nederlands Kamerkoor te Parijs om een uitvoering van ‘k heb mijn wagen volgeladen vroeg en zich bij inwilliging van zijn verzoeknummer op de knieën sloeg van plezier.
Volgens de officiële versie overleed Poulenc in Parijs, 30 januari 1963. Maar hij was net in Maastricht voor een concert. Marius Schouten, voorganger van  Ernst Lamers als GVE-dirigent, naar eigen zegge destijds 'een jonge blom nog', had daags tevoren het concert in Heerlen bijgewoond.  Poulenc werd ziek in Maastricht en is dáár aan een hartinfarct overleden.  Hoe dan ook, wat zeker is, is dat hij werd begraven op het Parijse kerkhof Père Lachaise, waar vele andere grootten uit de Franse historie hun laatste rustplaats gevonden hebben.


Dit artikel verscheen eerder in 'De Courante', nieuwsbulletin van het GVE, 5de jrg. no.1 april 1999     KB&RN

Vertaling

Quatre petites prières de Saint François D'Assise (1948)
Francis Poulenc (1899-1963) - Saint Francois d’Assise (1182-  1226)

 II

Tout puissant, très saint, très haut et souverain Dieu
souverain bien, bien universel, bien total
toi qui seul es bon
puissions-nous te rendre toute louange, toute gloire, toute reconnaissance,
tout honneur, toute bénédiction
puissions-nous rapporter toujours à toi tous les biens.
Amen.

II
Almachtige, allerheiligste, hoogverheven en opperste Heer

groots, alomtegenwoordig, totaal opperwezen
gij die alleen maar goed zijt
sta ons toe U alle lof, alle glorie, alle erkenning,
alle eer en alle zegen te betuigen
en sta ons toe alle heil en geluk aan U toe te schrijven.
Amen.

III

Seigneur, je vous en prie,
que la force brûlante et douce
de votre amour absorbe mon âme
et la retire de tout ce qui est sous le ciel,
afin que je meure par amour de votre amour,
puisque vous avez daigné mourir par amour
de mon amour.

III

Heer. Ik smeek U,
dat de zachte en brandende kracht
van uw liefde mijn ziel verzwelge
en haar verwijdert van al het aardse,
Opdat ik sterve uit liefde voor uw liefde,
omdat U zich immers verwaardigd hebt te sterven uit liefde
voor mijn liefde.

 

IV
O mes très chers frères et mes enfants
bénis pour toute l'éternité,
écoutez-moi, écoutez la voix de votre Père:
Nous avons promis de grandes choses,
on nous en a promis de plus grandes;
gardons les unes et soupirons après les autres;
le plaisir est court, la peine éternelle.
La souffrance et légère, la gloire infinie.
Beaucoup sont appelés,
peu sont élus tous recevront
ce qu'ils auront mérité.
Ainsi soit-il.

IV
Oh, mijn zeer beminde broeders, mijne kinderen
gezegend voor de eeuwigheid
hoort mij aan, luistert naar de stem van uw vader:
wij hebben grote beloften gedaan,
men heeft er ons nog grotere gedaan;
Laat ons de eerste(n) behouden en smachten naar de andere(n);
Genoegen is van korte duur, (de) smart duurt eeuwig
(Het) lijden valt licht, (de) glorie is oneindig.
Velen zijn geroepen,
weinigen uitverkoren en allen zullen krijgen
wat hen toekomt.
Zo zij het  (= Amen).

Vertaling: Frans Smeets, Vroenhoven België. 1999

 Noot van de vertaler: U herinnert zich ongetwijfeld dat St. Franciscus met de vogels “sprak”. De schrijver dezes bedient zich dan ook van een ietwat naïef Frans, soms. Om dat in de vertaling tot uiting te laten komen is "een ander paar mouwen" (schoon Belgicisme). St. Franciscus leefde in de volle Middeleeuwen, tijd, waarin het geloof en het Godsbeeld een totaal andere dimensie vertoonde dan dat van nu. Een kinderlijk geloof, uitgedrukt in woorden en constructies die nu een ‘hoe is het mogelijk’ indruk maken. Toch slaagt St. Franciscus erin om de Heer uitgebreid te prijzen en lof toe te zwaaien en de mens (in die tijd) de stuipen op ‘t lijf te jagen. De laatste 5 versregels geven dat aan.

Tot slot: Denk eraan, er bestaat een van oorsprong Italiaans aforisme dat luidt: Traduttore, traditore - traducteur, traître  - vertaler, verrader!

RN januari 2021

Ledenportaal